Back to normal?

Na een zeer indrukwekkende en uiterst vermoeiende week, back to normal! Maar ja, vraag ik mezelf regelmatig af: wat is voor een rabbijn die geen vaste werkzaamheden heeft maar geleefd wordt door de gebeurtenis van de dag, wat is voor zo’n rabbijn ‘normal’?

Laat ik eerst vooropstellen dat ik absoluut nog niet ‘bijgekomen’ ben van mijn reis naar Oekraïne. Ik doel niet zozeer op de vermoeidheid, maar de emoties. Ook ben ik verbaasd over de enorme sympathie die getoond wordt richting Oekraïne. Laat ik heel duidelijk zijn: het vermoorden van mensen is onaanvaardbaar, maar het is te eenvoudig gesteld dat de Oekraïners lieve aardige goedhartige en vooral zielige mensen zijn en de Russen zijn de bad-ones. Antisemitisme viert in beide landen hoogtij. Wat ik ook niet helemaal begrijp is onze zorgen over het welzijn van de inwoners van Oekraïne en onze volledige ongeïnteresseerdheid voor de walgelijke al jarenlang durende strijdtonelen in Afrika waar mensen levend aan stukken worden gesneden, verkracht, beroofd…Maar ja, dat levert geen verhoging van de benzineprijs op en dus laat het ons koud.

Mijn dagboeken met de verslagen uit Oekraïne zijn breed gelezen, hetgeen voldoening geeft, maar: het ware veel en veel beter geweest als deze afschuwelijk humanitaire ramp er niet zou zijn geweest, Tragedies. Vaders die afscheid nemen van hun kinderen en hun echtgenote en echt niet weten of het voor tijdelijk is of niet. De bedoeling was dus dat ik nu een beetje zou uitrusten en de afschuwelijke beelden verwerken. Maar, zo vraag ik mezelf af, wat is verwerken?

Gisteren, zondag, kwam er niets van het verwerken. Gezellig hadden wij naar Maastricht zullen gaan voor de derde bar mitswa van een heel lief jongetje. De derde bar mitswa viering, want vanwege corona waren de vorige twee afgelast. Zo’n feestje, ook als ik een paar woorden mag spreken, is voor mij echt een feestje, ontspanning, mooi. Ouders en zoonlief zijn zo blij. Maar de avond voor de zondag, dus uitgaande sjabbat: lewaja-begrafenis! Locatie: Maastricht. En dus voor de bar-mitswa eerst nog een lewaja van een stokoude vrouw die steeds bij de geest en bij de tijd is gebleven. Mijn aanwezigheid en mijn toespraak werden gewaardeerd. Nou moet ik het natuurlijk niet doen om waardering te krijgen, maar het is wel fijn om dankbaarheid te mogen voelen. Maar we zaten nog maar net in de auto of: lewaja nr. 2. Een jonge vrouw die vaak als overrijpe puber bij ons kwam en zelfs een hele tijd bij ons officieel heeft ingewoond. Tragedie! Enfin, zondag dus 5 uur en 53 minuten in de auto (mijn auto geeft aan hoe lang ik in de auto per dag vertoef) en 448 km afgelegd. Geradbraakt kwam ik dus ’s avonds thuis. En toen was het na een veel te korte nacht weer ochtend. Om 8:00 uur werd ik op een school verwacht in Veenendaal. Veenendaal is de geboorteplaats van rabbijn Katz uit Amsterdam. In Veenendaal heeft hij een groot deel van zijn jeugd doorgebracht. Omdat hij vanwege de choepa van zijn zoon in Engeland is, mocht ik hem waarnemen en op een VO-school de leerlingen uitleg geven over Israël en over Jodendom in het algemeen. Is dit nuttig? Zeker wel, want we leven in een Nederlandse samenleving waarin antizionisme en antisemitisme groeiende zijn en waar het dus van belang is dat we ambassadeurs hebben. En de toekomstige ambassadeurs zijn deze leerlingen. Enfin, nadien nog even naar de tandarts, want ook rabbijnen moeten daar af en toe naartoe, en toen weer thuis. Om 16:00 uur een cursus gegeven voor mijn vaste groepje. En toen wilde ik dus aan dit dagboek gaan werken, maar kreeg een telefoontje van een moeder met twee kleine kinderen uit Oekraïne die nu hier is en die min of meer haar beklag deed over de behandeling. Er werd niet genoeg voor haar gedaan. Dat dus dan maar weer nazoeken en kijken of haar klacht terecht is of niet. Maar zelfs als de klacht onterecht is, dan nog. Man en vader in Oekraïne en de jonge moeder hier met twee kleine kinderen die uiteraard ook ontredderd zijn. Voor mij speelt zich een herhaling af van de periode van de Russische vluchtelingen. Vluchtelingen in huis nemen is geweldig, maar lang niet altijd eenvoudig. Verschil van mentaliteit, geen gezamenlijke taal, geen dag invulling voor de vluchtelingen, voortdurende stress…

Een telefoontje uit New York. Rabbijn Mendel Cohen, de rabbijn uit Mariupol, die probeert gelden te krijgen om zijn mensen uit Mariupol weg te krijgen. Hoe? Geen idee en dat moet ik ook zeker niet via de telefoon vragen, want je weet maar nooit wie er meeluistert.

 

 

Gedurende de coronatijd houdt Opperrabbijn Jacobs een dagboek bij voor het Joods Cultureel Kwartier. NIW publiceert deze bijzondere stukken op haar website www.NIW.nl.

 

 

 

 

Reacties

Populaire posts