Qatar en de matze.

Het zal wel aan mij liggen, maar ik snap iets niet. Terecht worden de oligarchen aangepakt want ze zijn te dicht bij Poetin en die maakt zich naar verluid schuldig aan het voeren van een afschuwelijke oorlog. Maar waarom dan wel enthousiast voetballen in Qatar en helemaal niets boycotten? Terecht worden ons de afschuwelijke beelden getoond van het drama in Oekraïne, maar nauwelijks aandacht voor de humanitaire tragedies in Qatar en al helemaal niets over afschuwelijke wreedheden in verschillende Afrikaanse landen. Desalniettemin dank aan de journalisten die met groot gevaar voor eigen leven vooraan staan op de Oekraïense fronten om ons wakker te schudden en met de realiteit van het leven te confronteren, maar graag ook meer aandacht voor Afrika, Tibet, Jemen enz. enz.

Terwijl ik me zit op te winden, hetwelk overigens nauwelijks enig nut heeft, ging vrijdag de telefoon. Mijn vriend Bas Belder, de befaamde net gepensioneerde politicus. Hij zit zich nog steeds te ergeren aan het WOB-verzoek aan de Nederlandse Universiteiten. Een universitair docent, waarmee ik Belder in contact had gebracht, had hem verteld hoezeer hij geschokt was toen zijn leidinggevende out of the blue naar aanleiding van het WOB-verzoek tijdens een vergadering plotseling vroeg: wie heeft er contacten met Israël en wie is er Joods? De docent waande zich terug in het jaar 1940. En dat gonst door mijn hoofd terwijl ik me aan het voorbereiden ben voor Pesach en ook al een beetje voor na Pesach, namelijk 3 en 4 Mei. Op het Ereveld Loenen ben ik gevraagd om op 4 mei een korte toespraak te houden hetgeen ik als bijzonder ervaar. Niet omdat het ereveld Loenen een militair ereveld is en ik weliswaar (tot mijn 65ste?) het vaderland heb gediend als buitengewoon dienstplichtig, nadat ik daadwerkelijk slechts twee dagen in dienst was, maar ik denk dat mijn zichtbare aanwezigheid als opperrabbijn een bepaalde uitstraling heeft, ook en juist naar het huidige antisemitisme.

Vandaag, zondag, heb ik geen programma. Dat wil zeggen ik zie wel wat er op mij gaat afkomen, de dag moet nog beginnen.  Maar sinds mijn laatste dagboek van woensdag jl. heeft zich wel een en andere afgespeeld. Die woensdag mocht ik in allerijl een interviewtje geven voor het actualiteitenprogramma van “Uitgelicht” van Family7. Het onderwerp was, zoals vermeld in mijn vorige dagboek, het aftreden van een Minister uit het Israëlische Kabinet. De reden: het wel/niet toestaan van chameets (ongerezen deeg) gedurende de komende Pesach in de Ziekenhuizen. Of ik daarover wel of niet iets zinnigs heb gezegd en of het juist is geweest dat ik een kennismaking met een lid van de Eerste Kamer hiervoor heb afgezegd, betwijfel ik inmiddels. Bovendien, en dat gaat me niet nogmaals gebeuren, blijkt de echte reden van het aftreden toch iets gecompliceerder te zijn en het me nog niet duidelijk is of en wat het ongezuurde deeg ermee te maken heeft. Dus: nooit te oud om te leren en, Jacobs, hap niet te snel. Verdiep je eerst goed in de politieke materie, alvorens een mening te vormen!

En nu we het toch over leren hebben: ik heb zojuist mijn lern-makkertje, met wie ik al bijna twintig jaar iedere sjabbatmiddag lern, gesproken en we gaan nu ook dagelijks in de vroege ochtend een kwartier via zoom lernen, nog voor het ochtendgebed. Wat precies we gaan bestuderen gaan we nog bepalen.

Het NIW gaat met Pesach-vakantie, maar ik heb besloten om mijn dagboek niet te stoppen. Via Facebook van Joods bij de EO en het Facebook van secretaris Opperrabbijn, kunt u mij gewoon blijven volgen en natuurlijk ook via www.ipor.nl. De NIW-vakantie-dagboeken zullen dan na Pesach allen in een keer geplaatst worden op www.niw.nl.  Waarom zelf geen vakantie genomen? Door allerlei bestuurlijke spanningen (klinkt netter dan gevechten!) stuur ik geen verjaardag brieven meer uit. Bijhouden wie in mijn rabbinale gebied (het IPOR- Inter Provinciaal Opper Rabbinaat) een bijzondere verjaardag heeft, vergt tijd. De collega die dat voor mij regelde en alle gemeenten belde om te informeren, is ontslagen. En ik zag geen mogelijkheid om deze tijdverslindende activiteit zelf over te nemen. Maar, zo vertelde een van mijn fans (want die heb ik duidelijk ook) dat mijn dagboek ook een pastorale functie heeft en meer bereikt dan de individuele verjaardagbrief.  Bij deze dus mijn hartelijke mazzeltov voor allen die de komende tijd een bijzondere verjaardag hebben en zeker van mij een persoonlijke verjaardagbrief zouden hebben ontvangen....

Het is zondag 8 uur in de ochtend. Ik wens u een gut woch – een goede week. En veel succes met de voorbereidingen voor Pesach. En weet, naast het verwijderen van al het tastbare chameets (gerezene), moeten we vooral de diepere betekenis niet vergeten. Het gerezen deeg staat symbool voor het gerezen gevoel in de mens. Hoogmoed! Egoïsme! Een gerezen slagroomtaartje is aan bederf onderhevig en dus beperkt houdbaar. De ongerezen matze is onbeperkt houdbaar, zal nooit bederven. Bescheidenheid siert de mens.

En om even terug te komen op het voetballen in Qatar: mijns inziens ontbreekt bij dat voetballen de matze-gedachte. Dieptriest!

 

Gedurende de coronatijd houdt Opperrabbijn Jacobs een dagboek bij voor het Joods Cultureel Kwartier. NIW publiceert deze bijzondere stukken op haar website www.NIW.nl.

 

 

 

 

Reacties

Populaire posts