dagboek 5 nov. 2023
“Ik wil je een ongevraagd advies geven. Hoewel de gebeurtenissen ons 24/7 bezighouden, moet je af en toe een dag nemen, waar je even het nieuws niet volgt. Dat heb je echt nodig om het allemaal nog te kunnen verdragen en verwerken. De achterstand in informatie pik je snel weer op. Je moet van tijd tot tijd goed opladen. Je dagelijkse wandeling is daar te kort voor. Ook de verwerking van alle ellende heeft tijd nodig om echt binnen te komen. Bovendien is de enorme hoeveelheid informatie zo groot, dat je die tijd voor verwerking een kans moet geven. Wij nemen af en toe een pauze van het nieuws en hervatten dan aan het eind van de middag weer de informatievoorziening en onze gesprekken met vrienden.” Dit advies stuurde mij een goede vriend. Ik ben het helemaal met hem eens, alleen hoef ik zo’n rustperiode niet in te lassen, want dat is nou precies de sjabbat! En dus, gisteren, heb ik meer dan 25 uur geen nieuws gehoord, gezien en beleefd! Sjabbat is niet een rustdag, want ik was na afloop redelijk moe, maar wel een dag die afwijkt, anders is dan door-de-week.
Maar direct na sjabbat was het weer volledig door-de-weeks-raak. Maar niet alles is kommer en kwel! Meerdere e-mails ontvang ik van goedwillende mensen die allerlei voorstellen hebben hoe het Midden-Oosten conflict op te lossen en bovenal mij met warme wensen en Bijbelcitaten weten te bemoedigen. Overigens was sjabbat een echte sjabbat. Leuke gasten, gezongen, gelernt, elkaar gesteund door juist niet over door-de-week te praten. De Joodse wet zegt dat het niet de bedoeling is om patch-boem sjabbat op vrijdag te beginnen. Op vrijdag, en deels al op donderdag, beginnen de voorbereidingen. Gelijk in de bioscoop de hoofdfilm voorafgegaan wordt door een voorfilm, zo ook heeft de sjabbat voorbereiding nodig. Mijn voorbereiding was vrijdag jl. een gesprek met de ambassadeur van Duitsland. Een van de gebruikelijke voorbereidingen voor sjabbat is een douche. Dit gesprek van mijn vriend Dr. Cyrill Nunn, de Duitse ambassadeur, met vertegenwoordigers van Joods Nederland was voor mij gelijk een warme douche! Wat een betrokkenheid, wat een solidariteit! Ik herinner mij jaren en jaren geleden. In Westerbork werd een monument onthuld. Een oudere man komt naar me toe en vraagt me in perfect Nederlands met een zwaar Duits accent of hij naast mij mag plaatsnemen, want, zo legde hij uit, misschien voelt u zich bezwaard omdat ik de ambassadeur ben van het land dat zes miljoen van uw geloofsgenoten heeft vermoord. Dr. Citron, zo heette hij, en ik werden vrienden. Zonder gesprek is de kans op een oplossing van welk probleem dan ook, een illusie.
Maar misschien ben ik te naïef en blijf ik tegen beter weten in geloven in het gesprek en ben tegen verstoppertje spelen, een soort onderduiken. Chanoeka staat voor de deur, het feest dat uitstraalt dat een zuiver vlammetje, dat bijna ieder mens in zich heeft, gigantisch veel duisternis kan verdrijven. Kan verdrijven, want voorwaarde is wel dat de lichtjes zichtbaar worden ontstoken en niet in een achterkamertje of in een synagoge die zijn deuren om veiligheidsredenen angstvallig gesloten houdt. Onze Landelijke Overheid mag natuurlijk niet vergeleken worden met het regime dat in de jaren ’40-’45 de Endlösung nastreefde. Ik kan me niet voorstellen dat van Overheidswege wordt aangedrongen om dit jaar de Menora te verstoppen. In tegendeel! Mij bereikte de duidelijke boodschap: doe normaal, steek die menora aan, we leven in een vrij land en jullie mooie Chanoeka-boodschap moet gehoord worden! Ik klink dus positief, maar ben dat toch niet helemaal. Want helaas bestaat er een klein groepje dat dusdanig is gebrainwashed dat bij hun iedere vorm van potentieel goeddoen afwezig is. Bij hen ontbreekt het zuivere vlammetje. Maar er is bij mij nog een zorg. Op lokaal bestuurlijk niveau bespeur ik regelmatig de benadering: als er maar rust in de tent is. Nu ben ik een groot voorstander van ‘rust in de tent’, zoek ik graag de nuance en houd ik van bruggen-bouwen, maar ook het oer-Nederlandse poldergedrag kent grenzen. Als we verkeerd polderen ontstaat een watersnoodramp en verdrinken we uiteindelijk met z’n allen. En dus verwacht ik van lokale autoriteiten dat ze het verstoppertje-gedrag keihard ontmoedigen en zodra ze horen dat een bijeenkomst met een Joodse signatuur wordt afgelast, er wordt ingegrepen en de burgervader (of moeder) spontaan aanbiedt om hoogstpersoonlijk het beginvlammetje van de menora te ontsteken. De menora heeft niets te maken met politiek. Maar ook een Kristallnacht-herdenking, onthulling van Stolpersteine of de twee minuten stilte op 4-mei dienen niet gekoppeld te worden aan huidige spanningen elders in de wereld, hoe dramatisch die ook zijn. En dus zal er gesproken moeten worden over het hier en niet over het daar. Vijf procent van de Nederlandse bevolking bestreed het Naziregime. Vijf procent heulde met de vijand. Negentig procent zag het, liet het gebeuren en brulde zo nodig mee als dat beter uitkwam. Over de negentig procent maak ik me zorgen. Welke kant loopt de huidige kudde op? Het is lief, maar triest, dat ik vanuit lokale overheid wordt geadviseerd om dan en dan niet daar en daar te komen, want er is een pro-Palestina demonstratie. En het is nog triester om een tekst als gays-for-Palestine te zien, terwijl helaas in bijvoorbeeld Gaza en Ramallah de gays verre van welkom zijn en hun overlevingskans nihil is.
Gedurende de coronatijd begon Opperrabbijn Jacobs met zijn dagboek op verzoek van het
Joods Cultureel Kwartier.
NIW publiceert nu deze bijzondere stukken op haar website www.niw.nl .
Reacties
Een reactie posten