dagboek 11 febr. 2024

De Brith Milah in Lelystad ben ik nog steeds niet vergeten. Tsores moet je vergeten en simches koesteren. En dus hierbij nog een foto die me werd nagestuurd. Maar er waren de laatste dagen, zelfs vandaag, ook een paar mooie verrassingen.  Al enige jaren doe ik mee met de rubriek “Vraag het de rabbijn”. Het werkt als volgt:  mensen sturen via een link een vraag in en die wordt dan door de initiatiefnemer beoordeeld en indien goedgekeurd, ontvang ik hem. De vraag wordt niet doorgestuurd als de vraag geen vraag is maar zomaar iets onzinnigs. Ook een poging om mij te bekeren wordt niet doorgestuurd, want de initiatiefnemer van de site wil niet dat ik bekeerd word, want dan zit hij bij “Vraag het de rabbijn” zonder rabbijn en dus krijg ik vragen die rieken naar bekering nooit doorgestuurd.

 

Vandaag twee vragen van twee mensen die zich afvragen of ze Joods zijn. Beiden hebben vier Joodse grootouders, maar omdat hun ouders zich hebben laten dopen is hun door hun ouders verteld dat ze weliswaar van Joodse origine zijn, maar niet meer Joods. Ze zijn dus nu beiden op zoek naar hun (Joodse) identiteit en dus is er voor mij werk aan de Joodse winkel! Ik ben dan heel dankbaar dat ik wellicht voor beiden iets kan betekenen. Meer en meer komen dit soort vragen op me af, speciaal na de ramp van 7 oktober! Er wordt van mij wel zorgvuldigheid verlangd. Beiden zijn volledig niet-joods opgevoed, de een seculier en de ander christelijk. Uiteraard is mijn doel om ze met Yiddishkeit in contact te brengen, maar ik mag natuurlijk nooit als een olifant door de beruchte porseleinkast lopen. Het is een kwestie van uiterst zorgvuldig aftasten wat haalbaar is en vooral ook goed beseffen dat te hoog gegrepen alleen maar schade aanricht en dat mag nooit de bedoeling zijn.

 

Begin Juni wordt de jaarlijkse conferentie voor Jewish Leadership in Amsterdam gehouden  en hoewel ik bij deze organisatie slechts chairman of the Committee Combatting Antisemitism ben, wordt vanwege mijn Nederlanderschap wel een beroep op me gedaan om me actief met de voorbereidingen bezig te houden. En dat doe ik dan braaf, want zo zit ik in mekaar. Dus heb ik er weer wat werk bij.

 

Van Agt heeft besloten om onze aarde te verlaten. Mocht u hem beschuldigen van antisemitisme dan kan ik u geruststellen. Bij de kroning van koning Willem Alexander zaten wij in dezelfde groep en kwam hij naar mij toe, nam mijn hand en sprak tot mij: “Rabbijn Jacobs, ik ben geen antisemiet”. Dus mocht u twijfelen…

 

Vreugde en verdriet behoren beide tot het leven.

Rabbijn E.M. Maarsen is niet meer. Onder overweldigende belangstelling heeft gisteren zijn lewaja plaatsgevonden op Muiderberg. Maar voorafgaand aan Muiderberg werden er eerst treurtoespraken uitgesproken in Ter Kleef om vervolgens via de RAS, zijn geliefde sjoel, naar Muiderberg te rijden.

Ik overdrijf niet als ik zeg dat rabbijn Maarsen het hart was van traditioneel Joods Nederland. Een hart is weliswaar niet zichtbaar, maar verzorgt wel de essentiële bloedcirculatie. Hij was de rechterhand van opperrabbijn Just, van opperrabbijn Schuster en van vele rabbijnen en bestuurders die bij hem aanklopten. Een van die rabbijnen was ik. Regelmatig mocht ik hem spreken en gaf hij mij wijze en realistische adviezen. Een door en door bescheiden Mensch met grote Joodse kennis, speciaal op het gebied van kasjroet, maar bovenal een G’dvrezende persoonlijkheid waardoor in het buitenland de naam Maarsen garant stond voor de betrouwbaarheid van het kasjroet van het Opperrabbinaat voor Nederland.

Maar ook was hij een realist die oog had voor de problematiek waarmee Joods Nederland na de oorlog werd geconfronteerd, op rabbinaal en op bestuurlijk gebied. En juist door die realistische blik begreep hij dat het Nederlandse Jodendom van voor de oorlog zoveel mogelijk bewaard moest worden, maar besefte dat ook voor andere geïmporteerde benaderingen plaats moest worden gemaakt.

Hij heeft dit aardse bestaan verlaten uitgaande sjabbat Misjpatim en ingaande de week waarin de Sidra Teroema centraal staat. Misjpatim staat voor rechtvaardigheid en Teroema voor schenken.

Precies een week voor zijn overlijden was hij in zijn geliefde RAS-sjoel bij het Hans Bloemendal chazzanoet-concert. Ik zag zijn ontroering toen, geflankeerd door zijn echtgenote, zijn achterkleinzoon onder luid applaus zijn vocale bijdrage leverde.

Moge zijn ziel gebundeld worden in de bundel van het eeuwige leven…

 

Gedurende de coronatijd begon Opperrabbijn Jacobs met zijn dagboek op verzoek van het

Joods Cultureel Kwartier.

NIW publiceert nu deze bijzondere stukken op haar website www.niw.nl .

 

 

 

 

Reacties

Populaire posts