dagboek 12 mei 2024

Het is nu 23:20 uur zondagavond 12 mei. Een enorme veelheid aan indrukken heb ik de laatste dagen moeten verwerken. Fijne en mooie, maar ook nare. Lastig was de oorspronkelijke aankondiging van de Jom Hazikaron vanavond in de Amos sjoel in Amsterdam. Om veiligheidsredenen stond er op de aankondiging geen locatie en geen tijdstip. Alleen de datum van vandaag. Triest dat dat noodzakelijk is! Voor mij wel lastig, want ik kon dus aanvankelijk niets plannen voor vandaag. Het heeft zich uiteraard wel opgelost en dus vertrok ik om 17:45 naar Amsterdam en ben ik een paar uur geleden thuis gearriveerd na een dag met in totaal 487 km te hebben afgelegd. Hulde aan Bert Huizing, een van mijn trouwe vrijwillige chauffeurs, die behalve de laatste rit van vandaag, alle kilometers heeft gereden en ook nog foto’s heeft gemaakt en mijn tank heeft bijgevuld. 

Om negen uur vertrokken we naar Dokkum om er om 11:00 uur vooraan te lopen in een anti-antisemitisme-stoet van aanvankelijk 400 mensen. Maar al lopend richting centrum kwamen er steeds nieuwe groepen bij om vervolgens aan te komen in het hart van Dokkum waar zo’n 800 mensen bijeen waren om te zingen, naar toespraken te luisteren en samen te demonstreren tegen iedere vorm van antisemitisme in ons land. Hoewel Dokkum niet tot de grootste steden ter wereld behoort, was procentueel deze vredige demonstratie waarschijnlijk de grootste pro-Israël betoging ter wereld. Alle kerken, die net klaar waren met hun zondagochtend-diensten, deden mee. Alle kerken! Geweldig. Dank.

Helaas mocht de Dokkumer burgemeester van zijn College geen toespraak houden en was hij nauwelijks aanwezig. Ik zeg nauwelijks, want hij stond onopvallend tussen het publiek, ik heb hem niet de hand kunnen schudden en toen hij werd geïnterviewd door TV-Friesland gaf hij duidelijk te kennen dat hij aanwezig was om erop toe te zien dat er geen ongeregeldheden zouden plaatsvinden, maar wel benadrukte hij met kracht dat antisemitisme onaanvaardbaar is.

Mooi was ook dat jongetje uit onze straat, vrijdagmiddag, dat graag met mij wilde voetballen en mooi ook, neen, indrukwekkend, was de toespraak van de gouverneur van Limburg de heer Roemer tijdens het Nationale Bevrijdingsfestival, dit jaar in Roermond, alweer een week geleden, maar tot op heden nog niet vermeld in mijn dagboek. De vader van Roemer, Chris Roemer, was als jongeman opgepakt door de nazi’s als verzetsstrijder. Zijn groep was verraden en allen belandden ze in het gevang en hadden de doodstraf gekregen. Maar de avond voor de terechtstelling had een knokploeg alle gevangenen bevrijd. Alleen van een cel was de sleutel zoek… en dus werden de jongemannen uit die cel de volgende dag gefusilleerd. Chris heeft zijn zoon, de gouverneur, nooit het verzetsverhaal verteld. Ik bekijk de gouverneur nu anders dan toen ik nog niets wist over zijn vader!

Terwijl ik braaf stond te luisteren in Roermond op die vijfde mei, zoals het betaamt, kreeg ik onverwacht een dreun op mijn rug. Mark Rutte, onze Minister-President!  Hij feliciteerde me met het resultaat van een onderzoek waaruit bleek dat meer dan 90% van de Nederlanders tegen antisemitisme is. Ik greep toen mijn kans. Nu of nooit, dacht ik met een nieuwe regering in het vooruitzicht. Uitgebreid heb ik hem uitgelegd dat de anti-antisemieten alleen dan van nut zijn als ze openlijk voor hun mening durven uit te komen. Als ze dat niet durven, hebben we weer met kuddegedrag te maken. Ik dus mijn hele riedel afgestoken in de hoop dat er iets van mijn riedel zou blijven kleven. En inderdaad,  mijn woorden waren overgekomen, zoals ik mocht vernemen, want de toespraak die onze Mark Rutte hield bij de opening, was duidelijk geïnspireerd door ons gesprek.  ‘s Avonds kwamen we elkaar weer tegen in Carré en ook de volgende dag bij de Sjoa-herdenking in de Hollandsche Schouwburg troffen we elkaar weer. Minister-president Rutte: dank voor de vriendschap die u, geheel op uw eigen initiatief, uitstraalde naar Joods-Nederland.  Morgen, maandag dus, zal er een ontmoeting zijn in het Catshuis met de Joodse Gemeenschap. U zei nog tegen mij ‘tot maandag’, maar helaas gaat me dat niet meer lukken.

Na afloop van de indrukwekkende en wederom perfect georganiseerde bijeenkomst in de Hollandsche Schouwburg, liepen we, Blouma en ik, naar de parkeergarage. En wie zien we vrij onopvallend in een zijstraat staan? Femke Halsema, de burgemeesterin van mijn geboortestad Amsterdam. Ik heb haar een lift aangeboden, maar ze bleek wel vervoer te hebben (grapje!), maar stond vertwijfeld en bezorgd te wachten. Wat te doen met de bezetting van de Universiteit. ‘Ik zal vannacht moeten laten ontruimen’ en aldus geschiedde. Geen eenvoudige beslissing, we weten het inmiddels allemaal.

Nog veel meer indrukken mocht ik verwerken deze dagen. Maar ik brei er een eind aan want ik wil namelijk nog met u delen dat er gisteren, sjabbat, wederom is gepoogd om onze tuindeur in te trappen.  De daders, die ik achterna ben gehold (en ik kan erg hard hollen), hadden het uiteraard niet gedaan... Omdat er aan de zijkant geen camera's zijn, kan ik niets bewijzen. Maar het geeft geen veilig gevoel. Inmiddels had ik een zware balk laten aanbrengen op advies van niet-Joodse vrienden die zich zorgen maken over mijn veiligheid, waardoor het schorrie morrie er niet in slaagde de deur te forceren.  Ik had wel toen ik in de tuin zat een keppeltje op, maar dat is niet vanaf de straat zichtbaar, dus van uitlokking (zoals een keppeltje door enkelingen wordt bestempeld) was geen sprake...

Vanmiddag, vanuit de auto, deels geïnspireerd door het sjabbat-voorval, heb ik een persbericht doen uitgaan:

Opperrabbijn Jacobs wil dat Academie Beeldende Kunst predicaat KONINKLIJK wordt ontnomen AMERSFOORT De in Amersfoort woonachtige opperrabbijn Binyomin Jacobs vraagt het Koninklijk Huis om de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag deze instelling het predicaat KONINKLIJK te ontnemen nadat de academie onder druk van de eigen vakbond het samenwerkingsverband met de Bezalel University in Israël heeft opgezegd. “Dat lijkt me weinig “Koninklijk” aldus de opperrabbijn. De opperrabbijn staat regelmatig bloot aan de grofste antisemitische beledigingen. Nog afgelopen weekend hebben vandalen getracht het tuinhek achter zijn woning in te trappen. Naar het oordeel van opperrabbijn Jacobs zouden instellingen die zich sieren met het predicaat Koninklijk nimmer betrokken mogen worden bij haatcampagnes “, aldus Jacobs die erop wijst dat de banden tussen de Joodse gemeenschap in Nederland en Israël vele eeuwen teruggaan. Indien ook instellingen die haat en onverdraagzaamheid verspreiden in aanmerking komen voor het predicaat koninklijk zou men zich moeten afvragen of daarmee de waarde hiervan niet ten zeerste wordt aangetast.

En toch heb ik een fijn gevoel: Dokkum was geweldig, de toespraak van Emile Roemer indrukwekkend en het geïntensiveerde contact met Rutte bemoedigend. Het gaat dus best (ook) goed met Joods Nederland! Of ben ik nu irrealistisch optimistisch?

 

 

Reacties

Populaire posts