dagboek 22 mei 2024

 

Na meer dan zeventien uur onderweg te zijn geweest, waren we, bijna uitgeput maar met een intens goed gevoel, weer thuis. In de vroegere jaren van mijn rabbinale baantje, zat ik dan een paar uur de post door te nemen. Ik hoef nu bijna niets meer door te nemen, want ik was dan nu wel als het ware een kleine week weg van mijn kantoor, maar mijn kantoor was alleen diep in de nacht gesloten. De rest van de dag en nacht lag mijn kantoor of op tafel of, als ik het kantoor niets meer te bieden had, in het kluisje van onze hotelkamer. En toch was er meer post dan gewoonlijk. Zorgvuldig uitgekozen kaarten met bemoedigende woorden, citaten uit de Thora, uit Tehillim-Psalmen of een Joodse zegswijze uit de achttiende eeuw toegedicht aan de Ba'al Shem Tov: Vergeten is ballingschap, gedenken verlossing. Als ik u dan vertel dat deze zegswijze is gebracht door een topper in ons Nederlandse rechtsbestel, dan geeft mij dat als eenvoudige Nederlandse burger toch weer moed. En die moed kan ik wel gebruiken, want soms word ik er moedeloos van.

Het is toch niet te filmen dat in de Uilenburger sjoel (hartje uitgeroeide Amsterdamse Jodenbuurt) een waardige bijeenkomst had moeten plaatsvinden, waar ook ik een bijdrage aan had zullen leveren, om vervolgens te vernemen dat een van de sprekers de gore moed had om zijn toespraak te beginnen met een introductie die niets te maken had met Yad Vashem. Ik spreek wellicht voor u een te cryptische taal. Laat ik het uitleggen en het beestje bij zijn naam noemen:

De Stichting Vrienden van Yad Vashem Nederland organiseerde op 15 mei een Symposium onder het motto HERDENKEN = NIET VERGETEN! In het programma stonden toppers uit onze Nederlandse samenleving als sprekers aangekondigd. En wat gebeurde er?

 

Eén van de sprekers was Martijn Eickhoff, directeur van het NIOD (Nederlands Instituut Oorlog Documentatie). Tegenwoordig onderzoekt kennelijk het NIOD niet alleen meer de Holocaust, maar alle genocides in de wereld. Dat bracht Eickhoff ertoe om zich publiekelijk te verontschuldigen dat hij liever niet op deze dag gesproken had, want het was de Nakba-dag. De dag van de catastrofe die door de Arabieren herdacht wordt wegens de oprichting van de Staat Israël en de vlucht van 600.000 Arabieren naar andere Arabische landen. Het gedenkcentrum van Yad Vashem in Israël staat, volgens zijn zeggen, op Arabisch grondgebied en de regeringen van Israël gebruiken de Holocaust voor politieke doeleinden. Ook ligt er nog een "gefundeerde aanklacht van genocide" tegen Israël. Allemaal onderzoekwaardig voor Eickhoff.

Natuurlijk mag de NIOD-directeur een mening hebben, en zelfs een afwijkende, maar zijn vergoelijken van de zogenaamde Gaza-oorlog op deze plaats en dan ook nog ten overstaan van o.a. overbezorgde Nederlandse Joden, is, op z'n zachts uitgedrukt,  een "gotspe".

Gelukkig was deze NIOD-directeur niet zo goed te verstaan, naar ik begreep, en waren de andere bijdragen van hoog niveau. Mijn plaatsvervanger, Rob Oudkerk, heeft het geweldig gedaan, naar ik van verschillende kanten heb vernomen. Dank Rob, voor je bereidheid om een half uur plaatsvervangend-opperrabbijn te zijn! Wie had dit ooit kunnen bevroeden!

 

Inmiddels is het wel bekend dat ik niet zoveel slaapbehoefte heb, maar na mijn vlucht van Puerto Rico naar Atlanta, drie uur overstaptijd, vervolgens meer dan acht uur Atlanta-Schiphol en dan Schiphol-Amersfoort (niet per vliegtuig) was ik wel toe aan een redelijk uiltje-knappen. Dat uiltje diende zich ongeorganiseerd aan toen ik even op de bank zat te zitten. Enfin, na een paar uur werd ik wakker uit een droom. Nou behoort dromen niet tot mijn dagelijkse bezigheden, naar ik vermoed, maar nu dus wel. En wat was de droom waaruit ik ontwaakte?  Ik moest naar Schiphol. Dat deed ik, zoals bijna altijd, met Taxi-Boute. Vast laag tarief en altijd op tijd. Maar nu lag er een probleem. Afgezette straten. Nagejouwd. Stenen gegooid. Barricades. En toch heb ik netjes op tijd zonder vertraging en zonder ook maar een krasje op de auto, Schiphol bereikt. Waarheen ik zou vliegen weet ik niet, want net voor aankomst bij de Vertrekhal werd ik wakker.

Fijn, dacht ik, dat er ondanks het antisemitisme, ik toch zonder kleerscheuren veilig Schiphol wist te bereiken. Hoewel ik dus niet zo erg in dromen geloof en bijna nooit droom, gaf de droom me toch wel moed…

 

Wakker zijnde meteen aan het werk. Er ligt een respectabel aantal verzoeken van individuen en van Joodse Gemeenten voor Rabbinale verklaringen. Dat zijn dus verklaringen van mij dat de betrokken persoon Joods is. Zo'n verklaring is vereist om als immigrant Israël binnen te kunnen komen op grond van de Wet op de Terugkeer met de daaraan gekoppelde uitkeringen etc.

Ook verscheidene Hebreeuwse teksten voor matsewot-grafzerken controleren of geheel vervaardigen, liggen (rustig) te wachten.

Maar ik was  dus niet zo rustig  want ik was door rabbijn, collega en  vriend Lody van de Kamp uitgenodigd  voor een gesprek met minister van Gennip in de Gerard Dou sjoel in Amsterdam  om te delibereren over, u raadt het al, antisemitisme. Daarna naar IPC, Israël Producten Centrum in Nijkerk, gespoed, alwaar de burgemeester van Sderot een groot en aandachtig gehoor heeft toegesproken. We kennen elkaar uit het Heilige Land en van een vorig bezoek in Nederland. Het is nu te laat om zijn (helaas) indrukwekkende woorden hier te herhalen. Houdt u tegoed, als ik het niet vergeet, voor mijn volgende dagboek.

 

O ja, voor vertrek naar de Gerard Dou sjoel had ik tijd ingeruimd voor mijn snel- wandelingetje. Keeps me strong en schijnt beter te werken dan kalmeringspilletjes, die ik dan dus ook niet gebruik.

 

 

Reacties

Populaire posts