dagboek 5 mei 2024

Tot mijn verbazing las ik dat EO-directeur Arjan Lock verheugd is dat zijn serie over de Joodse Raad mijn visie op de Joodse Raad, die ik “jarenlang als verraders zag”, heeft doen veranderen doordat ik, na het zien van de serie,” begrip kreeg voor de onmogelijke situatie van toen”. Laat ik vooropstellen dat het helemaal waar is wat de EO-directeur zegt, maar desondanks begrijp ik de verbazing niet. Een verbazing die ik op complimenteuze wijze van vele kanten te horen kreeg. Kennelijk is het veranderen van je mening, tot ander inzicht komen,  niet normaal en gaan we uit van een onwrikbaar gelijk, terwijl mijns inziens ieder mens bij voortduring juist zijn visie onder de loep moet nemen en daar waar nodig, door voortschrijdend inzicht, zijn mening mag en misschien ook moet bijstellen.

En toch is wat ik schrijf niet helemaal correct! Want niet alles kan en mag onderworpen worden aan verandering, want sommige visies, waarden en normen, dulden geen voortschrijdend inzicht. De matzes zijn weer op, de Hagada is weer opgeborgen tot volgend jaar, de zilveren Seiderschotel netjes gepoetst in de kast en we zijn weer helemaal terug naar normaal. Maar wat is normaal?

De Uittocht uit Egypte wordt dagelijks in onze gebeden vermeld. De reden? De Uittocht was niet alleen een eenmalige gebeurtenis, maar is een voortdurend levenslang en bijna eeuwig proces. Toentertijd, meer dan 3300 jaar geleden, waren de Joden weliswaar uit Egypte vertrokken, maar Egypte, de slavernij, nog niet uit de Joden. En daarom kon het gebeuren dat toen de Joden met de eerste beproeving werden geconfronteerd, de Schelfzee voor hen en de oprukkende Egyptische legerschare van achteren, een deel van de Joden terug wilde keren naar de entourage van waaruit ze op bovennatuurlijke wijze net waren bevrijd!

Wat was de reactie van Mozes: 1/ vertrouw op G’d en 2/ vervolg je weg naar de berg Sinai. Dieper vertaald: 1/  accepteer zonder te begrijpen en 2/ gebruik je verstand. Dit klinkt onlogisch en dat is het ook. Maar zo moeten we  leven: we mogen bijvoorbeeld van mening verschillen over de vraag wie we nu wel en wie we niet herdenken op 4 mei. Ook de vraag mag gesteld worden of 4 mei nog wel zinvol is. Daarover mag ook een fel debat ontstaan. Maar als het debat ontaardt in een diepgewortelde haat en oproep tot moord op andersdenkenden, dan wordt een dodelijke grens overschreden en belanden we in een verleden van waaruit we in 1945, dus nog maar kort geleden, waren bevrijd.

4 Mei was voor mij dit jaar gewoon sjabbat. Op sjabbat treuren we niet en naar de Dam gaan, hoewel uitgenodigd, was voor mij, los van het afstandsprobleem, dus onmogelijk. Maar vijf mei heb ik rijkelijk en dit jaar extra bijzonder beleefd. Eerst het Nationaal Bevrijdingsfestival in Roermond en daarna het Bevrijdingsconcert aan de Amstel in Amsterdam. Beide evenementen waren perfect georganiseerd en een en al vriendelijkheid. We voelden ons echte welkome gasten. Em dat goede gevoel hadden we, Blouma en ik, wel nodig, want het antisemitisme neemt onacceptabel snel toe, zowel kwantitatief als kwalitatief. Neem nou de televisie-uitzending van Pow-Ned over de reacties van moslims op een keppeltje. Een en al haat. Waarom wordt er niet ingegrepen? Waarom geeft de lokale overheid verbaal aan dat antisemitisme bestreden moet worden, maar zonder praktisch ingrijpen. De schreeuwers die de Joden dood wensen zijn zondermeer herkenbaar. De wijkagent kan ze allemaal binnen tien minuten opsporen, het gesprek aangaan, desnoods mij van huis halen om met ze te spreken. De oproep van B&W tot gesprek juich ik helemaal toe. Maar de schelders en verwensers weigeren te spreken. Maar, zou ik aan de (lokale) overheid willen zeggen: vergeet de harde anti-Joodse kern, de Islamitische schreeuwers. Laten we ons concentreren op de 90% toekijkers die het zien en laten gebeuren, de kudde die de makkelijkste weg kiest, de weg van de minste weerstand. Zowel in Roermond alsook ’s avonds bij het Bevrijdingsconcert,  heb ik aan onze Minister-President mijn zorg over het kuddegedrag, herkenbaar uit de jaren ’40-’45, benadrukt. Rutte, een geboren optimist, deelt mijn zorg. En ook burgemeester Halsema, de Amsterdamse politiechef Frank Paauw en niet te vergeten de burgemeester van Roermond, Mevrouw Yolanda Hoogtanders, zien, erkennen en ervaren het probleem van de foute kudde.  “We strijden samen verder (tegen Jodenhaat, polarisatie en de zwijgende meerderheid)”, heeft onze/mijn Minister-President naar mij geappt. Ik voelde me gisteravond goed, dankbaar en niet meer alleen. En toen ontving ik een whatsapp van een door en door betrouwbare en zorgvuldige kennis:  In het informele circuit gaat rond dat het 4 en 5 mei Comité van Gemeente X voor de herdenking dit jaar geen Joodse spreker heeft willen uitnodigen vanwege ‘al het gedoe’  Ja, u leest het goed: geen Joodse spreker op 4 mei. En dat in een plaats waar voor de jaren ’40-’45 een levendige Joodse Gemeente was met dagelijkse sjoeldiensten. Niets meer van over, zelfs geen Joodse spreker.

Ik moet vanavond naar de nationale Shoa Herdenking in de Hollandse Schouwburg in Amsterdam. Ik hoop dat ik kan herdenken en niet te veel bezig zal zijn met het nu…want het nu kan zomaar het toen worden.

 

Reacties

Populaire posts