dagboek 31 juli 2024

Wat is belangrijk en wat niet? Wat is de juiste benadering en wat de verkeerde? Deze week had ik van die ‘dingetjes’ waarmee ik als rabbijn niet scoor, maar die wellicht, althans mijns inziens, belangrijker zijn dan de voorpagina. Waarschijnlijk verschijnt er morgen, donderdag, een uitgebreid interview met mij in de Volkskrant. Ik denk dat dat goed is, vanwege het bereik, juist onder een publiek dat zeker niet als pro-Israël betiteld kan worden. En het onderwerp heeft niet van doen met politiek, maar gaat over het tot een ander inzicht komen. Dit naar aanleiding van mijn gewijzigde mening over de voorzitters van de Joodse Raad. Een neutraal onderwerp dus, ten aanzien van de spanning in het Midden-Oosten, dat mij wel zal neerzetten in woord en beeld. Wat daaruit zal voortkomen kan ik niet overzien, maar ik zie geen enkele aanleiding waarom dit op kritiek zal stuiten. Neen, ik hoop hiermee goodwill te kweken en mogelijkerwijs deuren te openen die wellicht tot nu gesloten waren of op een klein kiertje stonden. En sowieso komt het mijn naamsbekendheid ten goede. Maar: heb ik dat nodig? Is het zinvol? Mag ik dat willen nastreven? Levert het wat op in de strijd tegen antisemitisme en tegen antizionisme? Wel of niet, zal het onduidelijke antwoord moeten luiden. Wat het zeker wel oplevert is een goed gevoel voor mijn persoontje. Groot interview, mooie professionele foto, mijn ego zal een (positieve) duw krijgen! Het woord ‘positief’ heb ik maar snel tussen haakjes geplaatst, want of ego’s positief kunnen zijn, weet ik zo net nog niet. Als we kijken in de Pirkee Awoth, de Spreuken der Vaderen, dan lernen we daar dat bescheidenheid een zeer belangrijke eigenschap is en hoogmoed vergelijkbaar is met afgodendienst, het summum van kwaad. En toch wordt van ieder van ons verlangd om daar waar nodig er te zijn en dan niet weg te duiken onder het mom van bescheidenheid. Als je een bijdrage kunt leveren aan het welzijn van onze Joodse gemeenschap of van de samenleving in het algemeen, in welke vorm dan ook, dan moet je er zijn, klaar staan en je niet gaan hullen in een zogenaamde bescheidenheid die op dat moment het bijvoeglijke naamwoord ‘valse’ behoeft. En dus hoop ik dat het interview in de Volkskrant dusdanig positief overkomt, dat de groei van mijn ego erbij in het niet valt.

Maar de mitswa die ik gisteren heb mogen vervullen en waarmee niets te scoren valt, is mij toch veel dierbaarder dan het interview en de foto in het landelijk dagblad!

Mijn Blouma kreeg een foto toegestuurd van een grafzerk op een niet-Joodse begraafplaats. De overledene was Joods, althans de tekst op de zerk liet daarover geen onduidelijkheid bestaan. Maar aan de voet van de matsewa, grafzerk, stond op een toegevoegd bordje “Grafrechten komen te vervallen”. Met andere woorden: dit graf zal binnen afzienbare tijd geruimd worden! En het ruimen van graven is Joods bezien een gruwel die we moeten zien te voorkomen. Over plaatsgebrek op Joodse begraafplaatsen hebben we helaas niet te klagen…bijna tachtig procent van Joodse Nederlanders werd zelfs geen graf gegund.

Om een lang dagboek-verhaal kort te maken: na ontvangst van de foto heb ik de voorzitter van de Joodse Gemeente waar het graf zich bevindt gebeld en binnen enige uren hebben we kunnen regelen dat het bordje is verwijderd en vastgelegd is dat niet en nooit ruiming zal plaatsvinden. Het ruimgevaar is voor nu dus geweken en we gaan nu in alle rust de toekomst van dit graf bekijken, om onverhoopte herhaling te voorkomen.

Waarmee ik ook wederom werd geconfronteerd was het verhaal van de zachte heelmeesters met de stinkende wonden. Bestuurders van Joodse Gemeenten die ‘om maar van het gezeur af te zijn’ een lid inschrijven waarvan het Jood-zijn op z’n zachts uitgedrukt ‘niet geheel duidelijk’ is. Iedereen dus tevreden, tot het moment dat de persoon in kwestie op aliya naar Israël wil gaan of Choepa wil hebben of Joods begraven. Lieve bestuurders, ieder heeft zijn verantwoordelijkheid. De een bestuurt en de ander houdt zich bezig met de halaga. En samen maken we er iets moois van. Onderschat de stinkende wonden niet, ook als ze aan het begin goed genezen lijken.

 

 

 

Reacties

Populaire posts